Nieuwe cijfers tonen aan dat de doorstroom naar het leefloon sinds de verstrenging van de inschakelingsuitkering lager ligt dan uit een eerdere bevraging bij de OCMW’s was gebleken. Wel blijven er grote regionale verschillen bestaan. Zo stroomt in Vlaanderen slechts 17 procent van de schoolverlaters - met moeite één op de vijf dus - door naar het leefloon, nadat zijn of haar inschakelingsuitkering werd stopgezet. De overgrote meerderheid (83 procent) vindt werk of maakt geen verdere aanspraak op sociale bijstand. In het Waals en Brussels Gewest ligt die doorstroom opvallend hoger, respectievelijk 35 en 29 procent of ongeveer één op de drie schoolverlaters.

Een beperking in de tijd van werkloosheidsuitkeringen leidt dus niet automatisch tot een massale doorstroom naar de OCMW’s, maar ook en vooral naar werk en naar een uitweg uit een structurele en langdurige uitkeringsafhankelijkheid. “Om een kleinere groep meer te kunnen geven, moeten we af van eeuwigdurende uitkeringen”, verklaart Van Peel. “Wie kan, moeten we toeleiden naar een job. En we voorzien hogere uitkeringen voor wie het echt nodig heeft. Dat is het sociale verhaal van de N-VA.”

Vlaams beleid slaat aan

De regionale verschillen bewijzen ook dat het Vlaamse beleid een pak beter aanslaat. Deels zijn die verschillen te verklaren door de relatief sterkere vraag naar arbeidskrachten in het Vlaams Gewest. Maar de cijfers zijn te frappant om het verschil alleen daaraan te wijten. “Vlaanderen heeft de laatste jaren bespaard op het overheidsapparaat en geïnvesteerd in de economie. En dat beleid loont”, stelt Van Peel. “Sinds augustus 2015 daalt de Vlaamse werkloosheid en stijgt het aantal starters. De Vlaamse export heeft zijn absolute toppunt bereikt en overschreed zelfs de grens van 300 miljard euro. En de Vlaamse economie groeit het snelst van alle regio’s. In Wallonië vindt men die aansluiting duidelijk niet. De oude PS-recepten van meer overheidstewerkstelling en subsidies falen. En de armoede neemt nog toe, net daar waar een partij die zich sociaal noemt aan de macht is.”

Ten slotte blijkt ook nu weer uit de cijfers dat de doorstroom naar werk in Vlaanderen sneller gaat. Niet alleen ontvangen dubbel zoveel jongeren in Wallonië een leefloon dan in Vlaanderen, maar ze blijven er ook langer cliënt bij het OCMW: in 2016 had een Vlaamse jongere gemiddeld behoefte aan zo’n 171 dagen steun, in Wallonië waren dat er 189 en in Brussel 203.