Adviserende geneesheren zitten als werknemer van een ziekenfonds vaak tussen hamer en aambeeld. Zij moeten nagaan of iemand terecht aanspraak maakt op een uitkering of terugbetaling als gevolg van ziekte of een ongeval, maar zij doen dat voor een werkgever die wordt vergoed voor elke euro die hij uitkeert of terugbetaalt. “Het ziekenfonds verliest met andere woorden financieel wanneer verzekerden vlugger aan het werk kunnen of gezondheidszorgen niet worden vergoed omdat ze niet voldeden aan de wetgeving”, verklaart Van Peel. “En dat zorgt voor spanningen.”

Diezelfde adviserende geneesheren spelen ook een cruciale rol bij de reactivering van arbeidsongeschikten. Om het verschil in aanpak op dat vlak weg te werken, wil de N-VA hen onderbrengen binnen het RIZIV. “Een budgetneutrale oefening,” volgens Van Peel, “aangezien de ziekenfondsen vandaag budgetten krijgen om de arbeidsgeneesheren uit te betalen en je die dus zonder meer mee kan overhevelen.”

Rotte appels moeten eruit

Een adviserende geneesheer is ook de persoon bij uitstek om manifest oneigenlijk schrijfgedrag bij artsen op te merken en te melden aan het RIZIV, wat jammer genoeg niet gebeurt. Zo blijkt uit een antwoord van de bevoegde minister Maggie De Block (Open Vld) dat er tot op vandaag geen enkele melding van zogenoemde welwillendheidsattesten werd gemaakt. “Het RIZIV heeft nochtans twee sociale inspectiediensten. En ondertussen hebben we ook een meldpunt voor sociale fraude. De focus ligt echter volledig op de burger die fraude pleegt. Een arts die willens en wetens aan die fraude meewerkt, heeft niets te vrezen. Voor ons kunnen de adviserende geneesheren ook daarin een duidelijke opdracht vervullen”, stelt Van Peel. “Maar dan moeten ze onafhankelijker kunnen werken en een duidelijk meldpunt krijgen.”

“Het is geenszins de bedoeling een heksenjacht te voeren. Het uitschrijven van een ziekteattest is geen wetenschap. Maar manifest oneigenlijk schrijfgedrag moet in kaart te brengen zijn”, besluit Van Peel. “Het gaat over enkele rotte appels die bij de betrokkenen snel bekend zijn.”